Het aanbesteden van diensten in de Wet maatschappelijke ondersteuning, bezien in het licht van de naderende Europese aanbestedingsrichtlijn
Het aanbesteden van diensten in de Wet maatschappelijke ondersteuning, bezien in het licht van de naderende Europese aanbestedingsrichtlijn
Samenvatting
Het doel van de conceptrichtlijn COM (2011) 896 is het vergroten van de effectiviteit en de efficiëntie van overheidsaanbestedingen en aanbesteders in staat stellen overheidsopdrachten beter te gebruiken om gemeenschappelijke maatschappelijke doelen te bereiken.
Gemeenten kopen de diensten Wmo-vervoer, huishoudelijke verzorging en de indicatiestelling in door middel van een aanbesteding. Het aanbesteden van maatschappelijke diensten leiden tot veel discussies doordat de richtlijn door verschillende deskundigen op een andere manier wordt geïnterpreteerd. In dit rapport is nagegaan wat de voorgestelde richtlijn met betrekking tot het aanbesteden van maatschappelijke diensten daadwerkelijk inhoudt. Tevens is nagegaan of het aanbesteden van maatschappelijke diensten onder het regime van de conceptrichtlijn soepeler is voor gemeenten.
Met betrekking tot de indicatiestelling wordt door gemeenten met een alleenrecht toegekend aan het CIZ. Dit alleenrecht is juridisch gezien gebaseerd op verkeerde uitgangspunten. Indicatiestelling dient derhalve door gemeenten aanbesteed te worden. In de conceptrichtlijn is het leerstuk van alleenrecht niet opgenomen. Indicatiestelling kan volgens de conceptrichtlijn conform de bijzondere procedure aanbesteed worden.
Het onderscheid tussen II A- en II B- diensten is in de conceptrichtlijn verdwenen. Wel is er een bijzondere procedure opgenomen voor onder andere maatschappelijke diensten. Deze procedure houdt in dat opdrachten met een geraamde waarde van 500.000 Europees aangekondigd dienen te worden. Dit brengt en administratieve verzwaring op voor aanbestedende diensten ten opzichte van de huidige richtlijn. Verder verloopt de procedure conform de huidige procedure. De conceptrichtlijn schept met betrekking tot de gemengde opdrachten niet meer duidelijkheid dan de huidige richtlijn. Wanneer de gemeente besluit om conform de reguliere procedure aan te besteden, dan kan zij ook gebruik maken van de onderhandelingsprocedure met voorafgaande aankondiging. De reguliere procedures zijn enigszins versoepeld. Onder de drempelwaarde hebben de gemeenten de vrijheid om opdrachten in te kopen op een manier welke zij passend achten.
Het wetsvoorstel voor een Nederlandse Aanbestedingswet gaat nog uit van de huidige situatie en dient derhalve nog in overeenstemming gebracht te worden met de conceptrichtlijn. In de Aanbestedingswet is opgenomen dat gemeenten bij maatschappelijke diensten in beginsel de lichte procedure toe moeten passen. Het wetsvoorstel van het Kamerlid Leijten, waarin staat dat er geen aanbestedingsplicht is met betrekking tot de huishoudelijke verzorging is aangenomen door de Eerste Kamer. De minister van VWS wil dit niet bekrachtigen omdat zij van mening is dat dit wetsvoorstel in strijd is met Europese regelgeving.
Smulders Procuremanagement doet er goed aan wanneer een gemeente een maatschapelijke dienst die uit een gemengde opdracht bestaat conform de bijzondere procedure aan wil besteden om deze op een zodanige wijze te formuleren dat het maatschappelijke gedeelte het grootste deel van de opdracht omvat. De dienst kan dan geplaatst worden onder 'maatschappelijke en aanverwante diensten'. Bij het volgen van de reguliere procedure is de niet-openbare procedure en de onderhandelingsprocedure het meest aantrekkelijk. SPM zou verder onderzoek kunnen doen naar alternatieven van het aanbesteden zoals de subsidietender aangezien deze flink in opmars zijn. E-aanbestedingen worden in de toekomst hoogst waarschijnlijk verplicht gesteld. Derhalve is het goed om nu al elektronisch aan te besteden voor zover dat nog niet gebeurd.
Organisatie | Avans Hogeschool |
Partner | Smulders Procuremanagement |
Datum | 2012-05 |
Type | Bachelor |
Taal | Nederlands |