Effect zeespiegelstijging en hogere rivierafvoeren op het buitendijks gebied van de Rijnmond-Drechtsteden
Effect zeespiegelstijging en hogere rivierafvoeren op het buitendijks gebied van de Rijnmond-Drechtsteden
Samenvatting
Het buitendijks gebied van de Rijnmond-Drechtsteden is kwetsbaar voor overstromingen. De klimaatscenario’s die onlangs door het Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut zijn gepubliceerd, laten zien dat de zeespiegelstijging en de rivierafvoeren in de komende eeuw sneller gaan toenemen. De Maeslantkering in de Nieuwe Waterweg sluit bij een verwachte zeewaterstand van + 3m NAP bij Rotterdam en voorkomt hiermee een stijging van de waterstanden in het achterland. In de toekomst wordt verwacht dat de Maeslantkering vanwege zeespiegelstijging steeds vaker zal moeten gaan sluiten. Dit heeft gevolgen voor de levensduur van deze stormvloedkering. Bovendien komt het beheer en onderhoud aan de Maeslantkering door hogere zeewaterstanden ook onder druk te staan. Het doel van dit onderzoek is vierledig:
1. meer inzicht verkrijgen in de potentiële schade van ZSS en hogere rivierafvoeren voor het buitendijks gebied van de Rijnmond-Drechtsteden;
2. meer inzicht verkrijgen in de oprekbaarheid van de huidige beschermingsstrategie voor de regio Rijnmond-Drechtsteden;
3. meer inzicht verkrijgen in de afweging omtrent de waterveiligheid van het buitendijks gebied van de Rijnmond-Drechtsteden, welke van invloed is op de economische belangen op nationaal niveau.
4. meer inzicht verkrijgen in de betrouwbaarheid en bruikbaarheid van de resultaten uit het Schade en Slachtoffermodule, wat van invloed is op de hierboven beschreven doelen.
Hiervoor is de volgende onderzoeksvraag opgesteld: Wat zijn de gevolgen van de voorspelde klimaatscenario’s op de potentiële schade van het buitendijks gebied van de Rijnmond-Drechtsteden?
Om een antwoord te kunnen geven op de onderzoeksvraag zijn er inundatiekaarten gemaakt voor verschillende scenario’s en herhalingstijden. In het vervolg zijn de buitendijkse schades bepaald door de inundatiekaarten te importeren in het Schade en Slachtoffermodule. Bovendien zijn het Havenbedrijf Rotterdam en Rijkswaterstaat Economische Expertise geïnterviewd om de schade aan de Rotterdamse Haven te bepalen bij de sluiting van de Maeslantkering. Ook is er een interview gehouden met Staatsbosbeheer om de gevolgen van een overstroming voor het getijdenatuur inzichtelijk te maken.
Uit dit onderzoek blijkt dat de potentiële schade in het buitendijks gebied fors toeneemt als gevolg van zeespiegelstijging, hogere rivierafvoeren en een hoger sluitpeil van de Maeslantkering. Uit de TOP-10 validatie van de buitendijkse schades blijkt dat meer dan 50% van de schades na een beperkte verbeteractie zijn te verwaarlozen. Daarnaast neemt de schade aan de Rotterdamse Haven toe als gevolg van een toenemende sluitfrequentie. De schade aan de Rotterdamse Haven bestaat uit wachttijden van schepen, indirecte schade van de stil liggende bedrijven in de haven (overslag) en de potentiële imagoschade van de Rotterdamse Haven. Bij hoogwater ondervinden landdieren overlast, muizen moeten bijvoorbeeld vaker in een boom klimmen. In tegenstelling tot landdieren, ondervinden vissen, waterplanten- en insecten een positief effect van hoogwater, het leefgebied van deze soorten wordt groter. De verwachting is dat op regionaal niveau een hoger uitgiftepeil de meest effectieve maatregel is in het reduceren van de potentiële schade. Gezien het feit dat hiermee de bestaande bebouwing niet wordt verholpen, is een combinatie van maatregelen vereist voor het beperken of voorkomen van de potentiële schade.
Uit dit onderzoek kan worden geconcludeerd dat, ondanks dat het zeker is dat buitendijkse schades als gevolg van klimaatverandering toenemen, de schades fors worden overschat. De redenen hiervoor zijn:
- onvolledigheid van data voor de inundatiekaart;
- onnauwkeurige schadefuncties van de Schade en Slachtoffermodule;
- onnauwkeurige achtergrondlagen van de Schade en Slachtoffermodule.
De Schade- en Slachtoffermodule is om deze reden niet direct toereikend voor het bepalen van buitendijkse schades. Het getijdenatuur en het Natura2000-gebied de Biesbosch ondervinden bij langdurige (maximaal 10 dagen) en gehele inundatie van het oppervlak overlast. Inundatiedieptes tot 2m en voor de duur van maximaal 10 dagen zijn te overzien, bij voldoende toegankelijke toevluchtsoorden voor landdieren.
Naar aanleiding van dit onderzoek en de verkregen resultaten volgen er hieronder een aantal specifieke aanbevelingen voor verschillende organisaties binnen Deltaprogramma Rijnmond-Drechtsteden. Deze zijn in de uitgebreidere samenvatting in het rapport te vinden.
Organisatie | Hogeschool Rotterdam |
Opleiding | Watermanagement |
Afdeling | IGO |
Partner | Rijkswaterstaat |
Datum | 2024-06-13 |
Type | Bachelor |
Taal | Nederlands |