‘Wat heeft het leven nog voor zin?’ Een onderzoek naar de rol van zingeving in de begeleiding van cliënten met een ernstige psychiatrische aandoening (EPA) binnen afdeling Y.
Een onderzoek naar de rol van zingeving in de begeleiding van cliënten met een ernstige psychiatrische aandoening (EPA) binnen afdeling Y.‘Wat heeft het leven nog voor zin?’ Een onderzoek naar de rol van zingeving in de begeleiding van cliënten met een ernstige psychiatrische aandoening (EPA) binnen afdeling Y.
Een onderzoek naar de rol van zingeving in de begeleiding van cliënten met een ernstige psychiatrische aandoening (EPA) binnen afdeling Y.Samenvatting
Het onderzoeksthema betreft de rol van zingeving in de begeleiding van cliënten met een ernstige psychiatrische aandoening (EPA) binnen afdeling Y. Zingeving in dit onderzoek is het gevoel wat iemand krijgt door het proces van betekenis geven aan activiteiten, wat de ondernemende persoon helpt in het ervaren van een waardevol leven. Daarbij wordt het ondersteunen in beantwoorden van levensvragen meegenomen. Binnen afdeling Y wordt er momenteel weinig aandacht besteed aan zingeving in de begeleiding, terwijl dit volgens theorie een belangrijk onderdeel is van het herstelproces van cliënten. Het doel van het onderzoek is dan ook kennis en inzichten verwerven over de rol van zingeving in de begeleiding dan wel het vergroten van deze rol, om de cliënt te helpen met het bevorderen van zijn herstelproces. De hoofdvraag van het onderzoek luidt:
Wat hebben professionals binnen afdeling Y nodig om cliënten met een EPA te ondersteunen met het vinden van zingeving tijdens en na de begeleiding?
Het onderzoek is kwalitatief van aard. Er zijn interviews afgenomen met respondenten uit twee onderzoekspopulaties, de cliënten en de professionals. Deze zijn getranscribeerd, gecodeerd en weergegeven in twee codebomen. Uit de resultaten is gebleken dat er een tweedeling is in de groep cliënten ten opzichte van behoeften op het gebied van zingeving in de begeleiding. Er is een duidelijk verband tussen de theorie over hoe iemand zingeving kan ervaren en hoe dit in de praktijk zich uit. Er zijn signalen dat er te weinig diepgaande gesprekken worden gevoerd, dat er te weinig kennis is over zingeving, er geen eenduidige visie is vanuit het team en dat er vanuit de organisatie te weinig wordt aangereikt om dit praktisch uitvoerbaar te maken. Daarnaast zijn er weinig zinvolle activiteiten voor de cliënten aanwezig.
De conclusie en het antwoord op de hoofdvraag is daarom dat professionals meer kennis nodig hebben over het thema, dat er eenduidigheid nodig is om dit uit te dragen naar de cliënten, dat er praktische handvaten nodig zijn om dit uitvoerbaar te maken en er gekeken moet worden naar wat de mogelijkheden zijn binnen de organisatie. Aansluitend op deze conclusies zijn er aanbevelingen geschreven. Deze betreffen de volgende. Er is scholing over het thema nodig, het organiseren van een teamvergadering om eenduidigheid te creëren, een werkinstructie over hoe een gesprek over zingeving gevoerd kan worden op basis van theorie, mogelijkheden tot het ondernemen van zinvolle creatieve activiteiten, het verkennen van mogelijkheden tot het inschakelen van een geestelijk verzorger, en tot slot meer onderzoek, gezien het relatief korte tijdsbestek van de uitvoering.
Uit het discussiehoofdstuk en feedback uit de praktijk blijkt dat binnen afdeling Y een rigiditeit bestaat ten opzichte van verandering. De aanbevelingen zijn hierop aangepast. De sterke punten van het onderzoek omvatten de methodologie, de validiteit en betrouwbaarheid van de uitvoering en het realistisch perspectief van de aanbevelingen. Daarnaast is een soortgelijke landelijke rapportage over zingeving gepubliceerd ten tijde van het onderzoek, wat overeenkomt met de aanbevelingen die door de onderzoeker zijn geformuleerd. De zwakke punten omvatten de betrokkenheid van de onderzoeker binnen de afdeling en de subjectiviteit van het onderzoeksthema.
Organisatie | Fontys |
Afdeling | Fontys Sociale Studies |
Datum | 2023-07 |
Type | Bachelor |
Taal | Nederlands |