De toepasbaarheid van Howard Gardner’s Meervoudige Intelligenties Theorie voor authentieke kunsteducatie
De toepasbaarheid van Howard Gardner’s Meervoudige Intelligenties Theorie voor authentieke kunsteducatie
Samenvatting
Het voorwoord schetst de reden voor het literatuuronderzoek: Mirage of Spiegelbeeld van de Wereld. Het stillen van mijn nieuwsgierigheid en antwoorden vinden op vragen zoals: wat kunnen leerlingen, doormiddel van authentieke kunsteducatie, hoe, wanneer en waarom het beste leren? En de hoofdvraag van dit onderzoek: Is MI theorie het meest geëigende uitgangpunt voor de ontwikkeling van een onderwijsconcept voor (kunst)onderwijs, dat het beste aansluit op de verschillende capaciteiten en vermogens van leerlingen?
Hoofdstuk 1 beschrijft de algemene kenmerken van Gardner’s MI theorie. Argumenten, geschilpunten, kritiek op- en problemen tussen de voor- en tegenstanders en vooral het conflict tussen het theoretische niveau en het toepassingsniveau.
Hoofdstuk 2 behandelt MI’s legitimering en specifieke rol in het onderwijs, de positieve ontvangst en toepassing door onderwijskundigen. Waarom Gardner authentieke kunsteducatie belangrijk vindt, de toepasbaarheid en de effecten van MI theorie voor authentieke kunsteducatie. Hoe MI theorie door verschillende mensen en instellingen is vertaald naar – en gebruikt wordt voor verschillende onderwijsmethoden. De conflicten over de toepasbaarheid door scholen: ofwel het gebruik van het theoretische niveau voor hun curriculumontwikkeling, ofwel het toepassingsniveau binnen de kunsteducatie. Wat is binnen het onderwijs het instrumentele en/of het intrinsieke gebruik van MI theorie, met enige praktijkvoorbeelden uit de USA en Nederland.
Het nawoord schetst mijn fascinatie met onderwijs: hoe de kunsten zich, via competentie gerichte authentieke kunsteducatie, in het onderwijs moeten ontwikkelen. Wat een ideale invulling van MI theorie voor het onderwijs kan betekenen: op welke manieren is deze leerling slim in plaats van hoe slim is deze leerling. En beschrijft hoe de behoeftes, mogelijkheden, de sociaal-maatschappelijke noodzaak en culturele omgeving van de leerling en de wereld van de professionele kunstenaar met elkaar zijn te verbinden, kortom: ‘je eigen ding doen, het zelf doen’.
Organisatie | Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten |
Opleiding | Master Kunsteducatie |
Afdeling | Breitner Academie |
Datum | 2007-06-10 |
Type | Andersoortig materiaal |
Taal | Nederlands |