Samenvatting

Deze scriptie die voor u ligt is een aanbeveling voor psychomotorische therapie aan de anonieme opvang Metta. Dit
is een opvang binnen het kinder- en jeugdtraumacentrum van Fier Fryslan. De reden om deze scriptie over de
Metta-groep te schrijven, is dat de cliënten binnen de groep mij aanspraken. De cliënten uit de groep spraken mij
aan omdat het jonge meisjes zijn die al een heel verleden achter zich hebben en het nodig hebben om begeleiding
en behandeling te ontvangen. Om steviger terug te komen in de maatschappij hebben ze begeleiding en
behandeling nodig.
Metta is er voor cliënten met problemen, klachten en stoornissen in het psychiatrisch spectrum die meer nodig
hebben dan (crisis)opvang of een orthopedagogische leefgroep en die bescherming en toezicht nodig hebben. De
cliënten krijgen een veilige plek aangeboden en daarnaast dagbesteding en therapie. Psychomotorische therapie is
onderdeel van deze multidisciplinaire behandeling. Om een passend aanbod van psychomotorische therapie te
hebben, beschrijf ik in deze scriptie aan de hand van twee casussen en een theoretische verdieping, welke thema's
een meerwaarde zijn in de multidisciplinaire behandeling aan de Metta-groep. De vraagstelling die ik in mijn
scriptie wil beantwoorden, luidt.
Welke thema's binnen psychomotorische therapie kunnen een meerwaarde zijn voor de multidisciplinaire
behandeling van de cliënten van de anonieme opvang Metta binnen Fier Fryslan?
Eerst verantwoord ik de vraagstelling en vervolgens beschrijf ik twee casussen die ik als leidraad neem in deze
scriptie. Daarna ga ik aan de hand van de literatuur dieper in op de problematiek van de casussen. Om tot een
passende aanbeveling te komen voor de psychomotorische therapie maak ik gebruik van een algemene observatie
aan de hand van de checklist van Claudia Emck. Tot slot kom ik tot een aanbeveling welke thema's een meerwaarde
kunnen zijn binnen de psychomotorische therapie. Voor de uitwerking van de thema's heb ik mij laten inspireren
door het boek 'In beweging' van het Trimbos instituut 2007.