De grootste kennisbank van het HBO

Inspiratie op jouw vakgebied

Vrij toegankelijk

Terug naar zoekresultatenDeel deze publicatie

Precontractuele fase. De regels omtrent de aansprakelijkheid bij het afbreken van de onderhandelingen.

Precontractuele fase. De regels omtrent de aansprakelijkheid bij het afbreken van de onderhandelingen.

Samenvatting

In deze scriptie wordt antwoord gegeven op de vraag wat de thans geldende regels zijn ter invulling van de open norm omtrent de aansprakelijkheid bij afbreken van de onderhandelingen in de precontractuele fase en zijn deze regels in de loop der jaren veranderd? De precontractuele fase is de fase voorafgaand aan de contractuele fase. Een overeenkomst komt tot stand door een rechtshandeling en er moet sprake zijn van aanbod en aanvaarding. Het moment tussen het aanbod en de aanvaarding wordt de precontractuele fase genoemd. In deze fase zijn partijen in onderhandeling over het aanbod. Als een partij de verplichtingen uit de overeenkomst niet nakomt, pleegt deze wanprestatie. Dit geldt echter alleen voor verbintenissen uit de overeenkomst. Voor het moment dat partijen nog in onderhandeling zijn over de overeenkomst bestaat er geen wettelijke grondslag voor aansprakelijkheid. De verplichtingen die partijen in de precontractuele fase ten opzichte van elkaar hebben, vloeien voort uit de onrechtmatige daad of de maatstaven van redelijkheid en billijkheid. Partijen hebben de mogelijkheid om schadevergoeding van het positief en negatief contractsbelang, dooronderhandelen of het sluiten van een overeenkomst te vorderen. Dit is ook door de Hoge Raad bepaald. Achtereenvolgens worden de belangrijkste arresten van de Hoge Raad in hoofdstuk drie behandeld. In de literatuur en in het onderwijs hebben juridische professionals op grond van dit arrest de driefasenleer opgesteld. Na het arrest Plas/Valburg heeft de Hoge Raad nog enkele andere arresten over dit onderwerp gewezen. In die arresten spreekt de Hoge Raad in ieder geval nooit over een driefasenleer. Wel geeft zij aanvullingen op de norm die in Plas/Valburg is gesteld. In hoofdstuk vier wordt een gedetailleerde uiteenzetting gegeven van het arrest CBB/JPO. In dit arrest heeft de Hoge Raad een strenge en tot terughoudendheid nopende maatstaf vastgesteld. Dit arrest heeft veel reacties van professionals uitgelokt, welke in hoofdstuk vijf worden samengevat. Uit dit hoofdstuk blijkt dat de meningen over het arrest CBB/JPO verschillend zijn. Uiteindelijk zal de rechterlijke macht moeten beslissen of zij de maatstaf uit het arrest CBB/JPO hanteren. Voor de praktijk is de beantwoording van deze vraag van belang, waardoor in hoofdstuk zes de bevindingen van een uitgebreid literatuuronderzoek staan uitgeschreven. In dit hoofdstuk wordt een verschil gemaakt tussen de uitspraken waarin een vordering tot schadevergoeding, dooronderhandelen of het sluiten van een overeenkomst wordt toegewezen of afgewezen. In de laatste hoofdstukken staan de conclusie en aanbevelingen uitgewerkt. De conclusie is dat de in het arrest CBB/JPO geformuleerde maatstaf door de rechterlijke macht wordt gehanteerd als de thans geldende regels. Op de vraag of de regels in de loop der jaren zijn veranderd kan geen eenduidig antwoord worden gegeven. Theoretisch zijn de regels veranderd, nu de Hoge Raad in haar arresten verschillende motivaties geeft. In het laatste arrest, CBB/JPO, is een maatstaf geformuleerd die door de rechterlijke macht wordt gehanteerd. Uit de jurisprudentie blijkt dat de verandering van de regels voor de praktijk waarschijnlijk niet zoveel consequenties heeft.

Toon meer
OrganisatieAvans Hogeschool
PartnerHolla Poelman van Leeuwen Advocaten N.V.
Datum2009-06
TypeBachelor
TaalNederlands

Op de HBO Kennisbank vind je publicaties van 26 hogescholen

De grootste kennisbank van het HBO

Inspiratie op jouw vakgebied

Vrij toegankelijk