De kantonrechtersformule: een formule voor 7:685 én 7:681 BW?
De kantonrechtersformule: een formule voor 7:685 én 7:681 BW?
Samenvatting
Deze scriptie is een onderzoek naar de vaststelling van een vergoeding in een kennelijk onredelijk ontslagprocedure ex art. 7:681 BW. Middels een jurisprudentie-, literatuur- en wet(sgeschiedenis)onderzoek wordt Boels Zanders Advocaten meer inzicht gegeven op dit gebied om zo de belangen van haar cliënten in juridische procedures nog beter te kunnen behartigen. Boels Zanders Advocaten heeft geregeld te maken met kennelijk onredelijk ontslagprocedures en vertegenwoordigt daarin veelal de werkgever. Vaak start een werknemer een art. 7:681 BW-procedure nadat zijn arbeidsovereenkomst is opgezegd met een ontslagvergunning van de CWI. In de praktijk blijkt dat de werknemer zich vaak beroept op het feit dat hem geen vergoeding is toegekomen bij het einde van de arbeidsovereenkomst, maar ook dat de gevolgen voor hem ernstiger zijn dan de belangen die de werkgever heeft bij de opzegging (gevolgencriterium). De werknemer vraagt dan in een kennelijk onredelijk ontslagprocedure om een vergoeding, welke in veel gevallen door hem gebaseerd wordt op de kantonrechtersformule.
Uit de literatuur, wetgeschiedenis en jurisprudentie blijkt dat de kantonrechtersformule niet gehanteerd dient te worden in kennelijk onredelijk ontslagprocedures. Rechters motiveren dit door de vele verschillen tussen de ontbindingsprocedure en kennelijk onredelijk ontslagprocedure te noemen. Ook de wetgever heeft geen formule vastgesteld om de hoogte van de vergoeding in een art. 7:681 BW-procedure vast te stellen. Dit dient te gebeuren aan de hand van de omstandigheden van het geval.
Organisatie | Avans Hogeschool |
Partner | Boels Zanders Advocaten te Venlo |
Datum | 2008-06 |
Type | Bachelor |
Taal | Nederlands |