Een onderzoek naar het recht op privacy bij het inzetten van cameratoezicht door middel van drones in de gemeente Utrecht
‘’In hoeverre kan de gemeente Utrecht op grond van artikel 151c Gemeentewet drones inzetten om de openbare orde en veiligheid te handhaven gelet op de kaders van privacy zoals is vastgesteld in artikel 8 EVRM, artikel 1 sub a Wpg, artikel 1 sub a Wbp en de algemene verordening gegevensbescherming?’’Een onderzoek naar het recht op privacy bij het inzetten van cameratoezicht door middel van drones in de gemeente Utrecht
‘’In hoeverre kan de gemeente Utrecht op grond van artikel 151c Gemeentewet drones inzetten om de openbare orde en veiligheid te handhaven gelet op de kaders van privacy zoals is vastgesteld in artikel 8 EVRM, artikel 1 sub a Wpg, artikel 1 sub a Wbp en de algemene verordening gegevensbescherming?’’Samenvatting
Dit onderzoeksrapport is geschreven voor de gemeente Utrecht. De gemeente Utrecht wil graag drones inzetten zodat zij aanhoudende en zich verplaatsende overlast in de publieke ruimte beter en effectiever kunnen handhaven. Sinds 1 juli 2016 heeft er een wijziging plaatsgevonden in artikel 151c Gemeentewet wat het mogelijk maakt om flexibel cameratoezicht in te zetten. Hierdoor heeft per 1 juli 2016 de burgemeester de bevoegdheid om drones in te zetten bij het aanpakken van verplaatsende overlast en criminaliteit. Echter is het de vraag of het inzetten van drones op grond van artikel 151c Gemeentewet niet in strijd is met de privacyregelgeving. Hierbij is gekeken naar de volgende privacywetgeving artikel 8 EVRM, artikel 10 Grondwet, Wet bescherming persoonsgegevens, Wet politiegegevens en de nieuwe Algemene Verordening Gegevensbescherming.
Organisatie | Hogeschool Utrecht |
Opleiding | IvR HBO Rechten |
Afdeling | Recht |
Datum | 2017-07-05 |
Type | Bachelor |
Taal | Nederlands |