Samenvatting

Het kwalitatief praktijkgerichte actieonderzoek ‘verhalen maken’ met depressieve ouderen is uitgevoerd binnen de opleiding creatieve therapie drama aan de Hogeschool Utrecht te Amersfoort. Het onderzoek staat in het kader van de afstudeeropdracht van Sanne de Reus in 2012. Het idee van het onderzoek is ontstaan naar aanleiding van de stageperiode van Sanne de Reus binnen de afdeling ouderenpsychiatrie van GGZ InGeest te Haarlem.

De volgende hoofdvraag staat binnen dit onderzoek centraal: ‘’In hoeverre is de methode ''verhalen maken met een kind'' toepasbaar binnen het werken met depressieve ouderen in dramatherapie?’’

Het doel van het onderzoek was het onderzoeken van de toepasbaarheid van de methode ‘verhalen maken met een kind’ bij ouderen met een depressie. Daarnaast is er uit het onderzoek een voorstel van een praktijkproduct gekomen. Dit praktijkproduct kan ontwikkeld worden, waardoor er een nieuwe methode ‘verhalen maken met depressieve ouderen’ beschikbaar wordt voor dramatherapeuten.
Het onderzoek is gestart met een literatuurstudie. Aan de hand van deze literatuurstudie is er een theoretische achtergrond gevormd. Hierbij is gebruik gemaakt van literatuur, scripties, elektronische en gedrukte media. Binnen de literatuurstudie is er antwoord gegeven op de volgende vragen: ‘’Wat is een depressie?’’ ‘’Wat is er geschreven over ouderen (60+) en depressie?’’ en ‘’Wat is er geschreven over verhalen maken in dramatherapie?’’

Om te onderzoeken in hoeverre de methode toepasbaar was en hoe deze werd ervaren, werd er gebruik gemaakt van verschillende dataverzamelingstechnieken tijdens het onderzoek. Eén van deze technieken is observatie. Na afloop van het onderzoek hebben er twee interviews plaatsgevonden. Eén met dramatherapeut René Nelissen en één met stagiaire (dramatherapie) Meryem Siewertsz van Reesema.

Naar aanleiding van de resultaten is antwoord gegeven op de volgende deelvragen: ‘’Welke doelen worden nagestreefd binnen de methode ‘verhalen maken met een kind’ en zijn deze ook toepasbaar bij het werken met de doelgroep ouderen met een depressie?’’ ‘’Welke attitudes heeft de therapeut binnen de methode ‘verhalen maken met een kind’ en zijn deze ook toepasbaar bij het werken met de doelgroep ouderen met een depressie?’’ ‘’Welke werkvormen worden er aangeboden binnen de methode ‘verhalen maken met een kind’ en zijn deze ook toepasbaar bij het werken met de doelgroep ouderen met een depressie?’’

Middels het beantwoorden van de deelvragen is in de conclusie antwoord gegeven op de hoofdvraag. Tot slot worden er in dit onderzoek aanbevelingen gedaan en zijn er discussiepunten geformuleerd.