Financieel ouderenmisbruik in het notariaat
Financieel ouderenmisbruik in het notariaat
Samenvatting
De aanleiding voor dit onderzoek is de toename van ouderenmisbruik, met name de toename van financieel ouderenmisbruik in het notariaat.
Het doel van dit onderzoek is het geven van advies aan de (kandidaat-)notarissen van - Notarissen over het voorkomen van financieel ouderenmisbruik. Dit zal worden bereikt door de invulling van de tuchtrechter en de civiele rechter met betrekking tot de handelings- en wilsbekwaamheid van een cliënt bij een rechtshandeling in kaart te brengen. Zo wordt gekomen tot een nieuw en verbeterd werkproces.
In het Burgerlijk Wetboek (BW) zijn twee uitgangspunten opgenomen die ervoor moeten zorgen dat er bij het verrichten van een rechtshandeling geen sprake van financieel ouderenmisbruik kan zijn.
Het eerste uitgangspunt is dat een cliënt handelingsbekwaam moet zijn voor het verrichten van een rechtshandeling. Een cliënt is handelingsbekwaam als hij de leeftijd van achttien jaar heeft bereikt en niet onder curatele is gesteld.
Het tweede uitgangspunt is de wilsbekwaamheid. Een cliënt is wilsbekwaam als hij een redelijke waardering van zijn belangen kan maken. Het uitgangspunt van wilsbekwaamheid ziet er dan ook op toe dat een cliënt de rechtshandeling ook daadwerkelijk zelf wil verrichten. De beoordeling of een cliënt wilsbekwaam is, kan gedaan worden aan de hand van het stappenplan: ´Beoordeling wilsbekwaamheid´, zoals geformuleerd door de KNB.
Bij het tegengaan van financieel ouderenmisbruik kunnen er problemen ontstaan met de verplichtingen die de (kandidaat-)notaris heeft op basis van de Wet op het notarisambt en aanverwante wet- en regelgeving.
Eén van de verplichtingen die een (kandidaat-)notaris heeft, is de geheimhoudingsverplichting. Het melden van een vermoeden van financieel ouderenmisbruik mag alleen als het vermoeden ontstaat uit eigen observaties.
De geheimhoudingsverplichting strekt zich niet uit over de werkwijze van een (kandidaat-)notaris.
De tweede verplichting die een (kandidaat-)notaris heeft, is dat hij onafhankelijk, onpartijdig en zorgvuldig te werk moet gaan. In het geval dat de onafhankelijkheid en de onpartijdigheid in het geding zijn, kan er sprake zijn van mogelijk financieel ouderenmisbruik. Het kan zijn dat de opdracht voor het verrichten van een rechtshandeling van een derde komt. In dat geval moet er extra oplettendheid worden betracht. Zo niet, dan is de (kandidaat-)notaris niet meer onafhankelijk aan het werk.
Met zorgvuldigheid wordt bedoeld dat er wordt toegezien op de werkwijze van de (kandidaat-)notaris. Zo dient hij de wilsbekwaamheid van een oudere cliënt op zorgvuldige en juiste wijze vast te stellen.
De dossierplicht is een verplichting die is voortgekomen uit de jurisprudentie. Het dossier van de (kandidaat-)notaris kan van groot belang zijn in de tuchtrechtspraak. De werkwijze omtrent het vaststellen van de wilsbekwaamheid kan het beste nauwkeurig worden gedocumenteerd. In het geval dat de (kandidaat-)notaris geen dossier heeft bijgehouden, kan hij moeilijk bewijzen dat hij er alles aan heeft gedaan om financieel ouderenmisbruik uit te sluiten.
In het tuchtrecht staat de handelswijze van de (kandidaat-)notaris centraal. In dit onderzoek zijn tuchtrechtzaken onderzocht betreffende de vraag of de
(kandidaat-)notaris de wilsbekwaamheid op een zorgvuldige wijze heeft vastgesteld.
Uit dit onderzoek komt naar voren dat als uitgangpunt geldt dat een cliënt handelingsbekwaam is. Indien er indicatoren aanwezig zijn om hieraan te twijfelen moet er extra oplettendheid worden geboden bij de vaststelling van de wilsbekwaamheid.
Een andere grond voor een tuchtrechtzaak is beïnvloeding. De (kandidaat-)notaris moet er zeker van zijn dat de rechtshandeling de wil van de cliënt is. De besprekingen met de cliënt en het passeren van een rechtshandeling kunnen beter buiten de aanwezigheid van derden plaatsvinden.
Een derde grond voor een tuchtrechtzaken is wilsonbekwaamheid op basis van een geestelijke stoornis. Indien iemand lijdt aan een geestelijke stoornis, is hij niet automatisch wilsonbekwaam. De wilsbekwaamheid dient echter op zorgvuldige wijze te worden vastgesteld.
In het civielrecht staat centraal of de rechtshandeling is verricht terwijl de persoon wilsonbekwaam was voor de betreffende rechtshandeling. Een rechtshandeling die verricht is onder invloed van een geestelijke stoornis kan nietig worden verklaard.
In de gevallen dat het testament in stand gehouden werd, werden er niet genoeg bewijzen aangevoerd om aan te kunnen nemen dat de rechtshandeling onder invloed van een geestelijke stoornis was verricht. Voor het vaststellen van een geestelijke stoornis is het medisch dossier van belang.
Uit de interviews is naar voren gekomen dat de (kandidaat-)notarissen van - Notarissen de cliënt beoordelen op wilsbekwaamheid. Zij maken hiervoor gebruik van het stappenplan van de KNB, zij raadplegen een VIA-arts of zij bespreken de kenmerken van de cliënt met elkaar. Om financieel misbruik te voorkomen proberen ze de kans op beïnvloeding zo klein mogelijk te maken. Derden mogen in principe niet bij de bespreking aanwezig zijn.
Om financieel ouderenmisbruik tegen te gaan, moet eerder worden begonnen met de opsporing van financieel misbruik. De medewerkers van de receptie, de office manager en de stagiaire kunnen hierin een rol spelen.
Bij twijfel over de wilsbekwaamheid, of als er niet met zekerheid gezegd kan worden dat de cliënt uit eigen beweging handelt, mag de rechtshandeling niet worden verricht.
Om financieel ouderenmisbruik bij - Notarissen tegen te gaan adviseer ik alle medewerkers alert te zijn op mogelijke indicatoren die kunnen duiden op wilsonbekwaamheid. Ten tweede adviseer ik de controle van de wilsbekwaamheid op te nemen op de takenlijsten die er zijn voor bepaalde rechtshandelingen.
Organisatie | Hogeschool Leiden |
Opleiding | HBO-Rechten |
Afdeling | Faculteit M&B |
Datum | 2016-11-14 |
Type | Bachelor |
Taal | Nederlands |