Samenvatting

Inleiding: Competitieve atleten hebben als doel op een steeds hoger niveau te presteren. Om deze
verbetering in sportprestaties te kunnen bereiken zijn is het regelmatig en gedoceerd toedienen van
een trainingsprikkel met overload nodig. Wanneer het principe van overload te ver wordt
doorgevoerd gaat het lichaam over zijn adaptatiegrenzen heen en kunnen positieve trainingseffecten
uitblijven. Extreme training kan op lange termijn leiden tot kortdurende overbelasting of structurele
overtraining. Overtraining is een veelvoorkomend probleem in de sport en topsport. Ook in de
zwemsport is overtraining een groot probleem. Het monitoren van de trainingsbelasting en
inspanning van een atleet is belangrijk om te bepalen of een atleet zich aanpast aan het
trainingsprogramma en daarmee het beoogde trainingseffect bereikt. Daarnaast is het monitoren
van inspanning belangrijk voor het preventief signaleren van het risico op overbelasting, blessures en
ziekte. Vermoeidheid omvat zowel objectieve als subjectieve elementen. In dit onderzoek wordt
antwoord gegeven op de volgende onderzoeksvraag: “Wat is de relatie tussen objectief en subjectief
gemeten inspanning bij waterpoloërs tijdens een waterpolotraining van 90 minuten?”
Conclusie: Uit deze studie blijkt dat er een significante relatie bestaat tussen de subjectief en
objectief gemeten inspanning bij waterpoloërs. Er is sprake van een significant, sterk positief verband tussen de Borg-RPE score en hartfrequentie in zowel trainingsperiode één als trainingsperiode drie
van de waterpolotraining. Met samenvatting in het engels. includes a summary in English