De grootste kennisbank van het HBO

Inspiratie op jouw vakgebied

Vrij toegankelijk

Terug naar zoekresultatenDeel deze publicatie

Een swing naar Swing Pricing

Een onderzoek naar een alternatieve pricing methode voor Nederlandse beleggingsfondsen

Open access

Rechten:Alle rechten voorbehouden

Een swing naar Swing Pricing

Een onderzoek naar een alternatieve pricing methode voor Nederlandse beleggingsfondsen

Open access

Rechten:Alle rechten voorbehouden

Samenvatting

Een beleggingsfonds moet beleggingen aan- of verkopen als een belegger besluit om in te stappen of uit te stappen. De aan- en verkopen van beleggingen gaan gepaard met kosten. Deze worden, ter bescherming van de zittende beleggers van een fonds, volledig doorgerekend aan de in- of uitstappers, vaak in de vorm van een op- en/of afslagvergoeding. Regular Pricing is een veelgebruikte methode die de op- of afslag bepaalt bij toe- en/of uittreding in een beleggingsfonds.
Een andere methode die nu in Nederland (deels) haar intrede doet is Swing Pricing.
Het doel van dit onderzoek is om in kaart te brengen hoe Swing Pricing en Regular Pricing precies werken en op welk vlak zij van elkaar verschillen. Daarnaast moet duidelijk worden of (een bredere) implementatie van Swing Pricing meer oordelen oplevert op vaktechnisch en financieel gebied. Ten slotte moet met dit onderzoek duidelijk worden of een bredere implementatie van Swing Pricing voldoende (politiek) draagvlak heeft.
De volgende onderzoeksvraag staat in dit onderzoek centraal: ‘’In welke mate kan het systeem van Swing Pricing voor beleggingsfondsen in Nederland, rekening houdend met politiek-economische belemmeringen, op de lange termijn een verbeterd alternatief vormen voor Regular Pricing op vaktechnisch en financieel gebied?’’ Ten behoeve van de betrouwbaarheid van het onderzoek zijn vanuit twee verschillende invalshoeken inzichten verschaft om zo een antwoord te kunnen geven op de onderzoeksvraag. Er is literatuur- en veldonderzoek verricht. Tot het veldonderzoek behoren interviews met verschillende fondsbeheerders, een interview met de toezichthouder op het gebied van beleggen en een analyse van enkele rapportages van de geïnterviewde fondsbeheerders. Uit de voortgekomen inzichten van het literatuur- en veldonderzoek blijkt dat Regular Pricing zittende beleggers beschermt door een uitgifte- en inkoopprijs, bij uitgifte en inkoop van participaties, ten opzichte van de intrinsieke waarde van een fonds te verhogen met een opslag
respectievelijk te verlagen met een afslag. Swing Pricing beschermt zittende beleggers door de intrinsieke waarde van een fonds aan te passen met een correctiepercentage, de swing factor. Swing Pricing kent twee vormen, Full Swing en Partial Swing. Bij Full Swing wordt de intrinsieke waarde van een beleggingsfonds bij een verandering van de netto-kapitaalstroom (dus netto toe- of uittreding) altijd aangepast. Bij Partial Swing wordt de intrinsieke waarde van een beleggingsfonds pas aangepast bij een verandering van de netto-kapitaalstroom en pas als een bepaald percentage
(drempelwaarde) van het fondsvermogen wordt verhandeld. Het gebruik van Full Swing wordt sinds 2007 in Nederland toegestaan. Het gebruik van Partial Swing is in Nederland (nog) niet toegestaan. De algemene werkingen van Regular Pricing en Swing Pricing kunnen worden gekoppeld aan allerlei voor- en nadelen. Regular Pricing en Swing Pricing stimuleren allebei lange-termijn posities. De methoden dragen zo tevens bij aan het liquiditeitsbeheer van fondsen. De standaard op- en afslagen van Regular Pricing hebben aan de andere kant een drukkend effect op de investeringen van
beleggers in beleggingsfondsen. Voor Swing Pricing geldt onder meer dat de volatiliteit van de koers van een fonds kan toenemen door de frequente wijzigingen van de intrinsieke waarde. Een belangrijk gegeven betreft de saldering bij vaststelling van de kapitaalactiviteit. Het Swing Pricing mechanisme past dit dus toe. Bij het Regular Pricing mechanisme ontbreekt dit echter, waardoor in sommige gevallen toch kosten worden doorbelast terwijl dit eigenlijk niet hoeft. Dit maakt Swing Pricing een nettere beschermingsconstructie.
Uit de literatuurstudie volgt dat wijzingen in het operationele proces voortkomen uit het gebruik van een drempelwaarde. Verder brengt Swing Pricing gewijzigde of zelfs nieuw te volgen procedures met zich mee. Swing Pricing gaat ten slotte gepaard met differentiële verwerkingen in de financiële verslaggeving. Kosten ontstaan volgens bestudeerde literatuur bij implementatie en monitoring van de swing factor, de drempelwaarde en diverse procedures en/of regelingen rondom deze. Ten slotte komen kosten naar voren bij doorvoering van Swing Pricing in de financiële verslaggeving.
Uit het veldonderzoek komen minder wijzigingen in het operationele proces naar voren. Enkele zijn in overeenstemming met de resultaten uit de literatuurstudie. Deze hebben betrekking op de drempelwaarde, de toelichtingen in verantwoordingsoverzichten en de vaststelling van de performance. Uit het veldonderzoek komen tevens geringe te maken kosten bij implementatie naar voren. Het gaat hierbij om kosten voor het aanpassen van fondsdocumentatie. Uit de literatuurstudie en het veldonderzoek volgt wel eenduidig dat Swing Pricing niet zozeer gepaard gaat met minder/meer kosten bij gebruik. Uit de voortgekomen inzichten van het literatuur- en veldonderzoek blijkt ten slotte dat de toezichthouder (Autoriteit Financiële Markten) en de huidige wetgeving (Wet op het financieel toezicht) op nationaal niveau volledig gebruik van Swing Pricing vooralsnog niet toestaan, omdat bij Partial Swing toch nog kosten (in kleine mate) voor de rekening van zittende beleggers komen. Een commissie in Nederland stelde eerder dat het juist niet wenselijk is om deze kosten te verhalen op zittende beleggers. Desondanks is de kans toch aanwezig dat op lange termijn volledige gebruik van de methode wordt toegestaan, omdat de toezichter op Europees niveau (Europese autoriteit voor
effecten en markten) mogelijk meer consistentie in de Europese markt wil realiseren. Op basis van de voordelen van het Swing Pricing mechanisme is het advies aan Nederlandse fondsbeheerders om de methode, in overeenstemming met de kenmerken van een bepaald fonds, meer toe te passen. De fondsbeheerders dienen daarbij in ieder geval differentiële verwerkingen van de toelichtingen in de externe verantwoordingsoverzichten en een gewijzigde vaststelling van de
performance van een fonds in aanmerking te nemen. Met meer of minder te maken kosten bij het uiteindelijke gebruik van de methode hoeven fondsbeheerders geen rekening te houden. Om een competitief voordeel te behalen is het advies aan Solutional om zich in een vroeg stadium meer te verdiepen in de materie rondom Swing Pricing. Dit geldt tevens voor Nederlandse beleggers en andere financiële instellingen die diensten verlenen of producten aanbieden die gerelateerd zijn aan vermogensbeheer.

Toon meer
OrganisatieDe Haagse Hogeschool
OpleidingBFM Finance and Control
AfdelingFaculteit Business, Finance & Marketing
Jaar2021
TypeBachelor
TaalNederlands

Op de HBO Kennisbank vind je publicaties van 26 hogescholen

De grootste kennisbank van het HBO

Inspiratie op jouw vakgebied

Vrij toegankelijk