Samenvatting

Achtergrond:
Naar aanleiding van de mogelijkheden van technologie binnen de gezondheidszorg is de vraag naar technologische innovaties in de vorm van eHealth toegenomen. Het project FAST@HOME past eHealth toe om patiënten na een beroerte (CVA) ter ondersteuning thuis te kunnen laten revalideren. Onderdeel van deze ondersteuning zijn activiteitenmonitors. Echter is er nog geen kennis van de meningen en wensen van fysiotherapeuten met betrekking tot het gebruik van activiteitenmonitors. De hoofdvraag welke beantwoord dient te worden is: ‘Wat zijn de meningen en wensen met betrekking tot het gebruik van activiteitenmonitors binnen de fysiotherapeutische praktijk en welke beweegparameters zijn hierbij van toepassing als uitkomstmaat binnen het behandelplan van CVA-patiënten?’. Het doel van dit afstudeeronderzoek is het achterhalen wat de meningen en wensen van fysiotherapeuten zijn met betrekking tot het gebruik van activiteitenmonitors en welke beweegparameters zinvol zijn bij het gebruik van activiteitenmonitors binnen een fysiotherapeutische behandeling.
Methode:
Huidig onderzoek betreft een deductief kwalitatief onderzoek door middel van semigestructureerde interviews bij verschillende fysiotherapeuten in Den Haag en omstreken en maakt deel uit van het overkoepelende onderzoek van FAST@HOME. Aan de hand van literatuuronderzoek en interviews is een inventarisatie gemaakt van de meningen en wensen van fysiotherapeuten met betrekking tot het gebruik van activiteitenmonitors en het toepassen van beweegparameters binnen het behandelplan van CVA-patiënten. Vanuit het theoretisch kader zijn kernbegrippen, dimensies en topics ontstaan aan de hand van de gevonden literatuur. Aan de hand van deze topics zijn er bijbehorende vragen geformuleerd, gebaseerd op de gevonden literatuur, en is er een interviewschema gevormd. De resultaten zijn verkregen door middel van 8 semigestructureerde interviews. Op deze manier kon er doorgevraagd worden bij bepaalde aspecten en kon de achterliggende gedachte van antwoorden bevraagd worden.
Resultaten:
Uit de resultaten blijkt dat, volgens de fysiotherapeuten, activiteitenmonitors een positieve bijdrage kunnen leveren binnen de behandeling van CVA-patiënten en kunnen bijdragen aan het herstel van deze patiënten. Echter zien de fysiotherapeuten een activiteitenmonitor het liefst als ondersteuning van de behandeling en niet als vervanging van de fysiotherapeut of als controlemiddel door de fysiotherapeut. Het persoonlijke contact tussen de patiënt en zorgverlener mag hierbij niet verloren gaan. De beweegparameters van de activiteitenmonitor moeten inzicht bieden in het beweeggedrag van de patiënt en daarbij is het van belang dat er niet een overvloed aan data wordt vrijgegeven. Fysiotherapeuten willen beweegparameters die zich uiten in concrete waardes, omdat deze waardes voor hen makkelijk terug te koppelen zijn naar de patiënt. Met deze waardes kan de behandeling adequater gemaakt worden voor de patiënt. Dit zal het herstel van de patiënt ten goede komen.
Conclusie:
Er kan geconcludeerd worden dat fysiotherapeuten toekomst zien in het gebruik van activiteitenmonitors binnen de behandeling van CVA-patiënten. Volgens de fysiotherapeuten kunnen activiteitenmonitors ter ondersteuning bijdragen aan de behandeling, waarbij persoonlijk contact tussen patiënt en fysiotherapeut niet verloren mag gaan. Het zal volgens hen een positieve bijdrage kunnen leveren binnen de behandeling van CVA-patiënten en kunnen bijdragen aan het herstel van een patiënt. De beweegparameters het aantal gezette stappen en de patronen over de dag zijn volgens de fysiotherapeuten onmisbaar. De beweegparameters dienen inzicht te geven in het beweeggedrag van de patiënt waarbij er geen overvloed aan data wordt vrijgegeven. De fysiotherapeut moet de beweegparameters gemakkelijk kunnen terugkoppelen naar de patiënt.