Samenvatting

Het PRPP-Assessment is een criterium gerefereerd assessment en kijkt naar de informatieverwerkingsstrategieën van een cliënt, die nodig zijn om een activiteit te kunnen uitvoeren (Rodger & Kennedy-Behr, 2017). Bij het assessment wordt het doel, ook wel het criterium genoemd, per uitvoering van een activiteit individueel bepaald. Uit voorgaande onderzoeken is gebleken dat ergotherapeuten in de praktijk ervaren dat het criterium niet altijd eenduidig is opgesteld wanneer het PRPP-assessment wordt gescoord aan de hand van videomateriaal (Drueten et al., 2021). Hierdoor kunnen verschillende ergotherapeuten het criterium op een andere manier interpreteren. Zowel met als zonder videomateriaal kan een andere interpretatie invloed hebben op de validiteit, betrouwbaarheid en het adequaat analyseren van de informatieverwerking bij het PRPP-Assessment.
Dit heeft tot de volgende hoofdvraag geleidt:

‘Wat zijn inzichten van ergotherapeuten (geschoold in het PRPP-assessment) ten aanzien van het opstellen van het criterium voor het PRPP-assessment?’

De hoofdvraag is opgedeeld in de volgende deelvragen.
1. Wat zijn ervaringen van de ergotherapeuten over de onduidelijkheden van het criterium tijdens het scoren van het PRPP-assessment?
2. Wat is er volgens ergotherapeuten en PRPP-docenten voor nodig om het criterium zo volledig mogelijk op te stellen?

Er is een kwalitatief onderzoek uitgevoerd om de hoofd- en deelvragen te beantwoorden. Hierbij is gebruik gemaakt van twee verschillende dataverzamelingsmethodes, waaronder individuele interviews en een groepsinterview. Aan de individuele interviews hebben zes ergotherapeuten geschoold in het PRPP-assessment deelgenomen om ervaringen over de onduidelijkheden van het criterium te achterhalen. Uit de analyse van de interviews zijn vijf thema’s naar voren gekomen die zijn voorgelegd en besproken tijdens het groepsinterview met drie PRPP-docenten, met als doel te achterhalen wat ervoor nodig is om het criterium zo volledig mogelijk op te stellen.

Vanuit de individuele interviews zijn de volgende vijf thema’s ontstaan: 1) Ergotherapeuten ervaren dat het criterium niet altijd volledig en concreet is opgesteld; 2) Iedere ergotherapeut heeft een eigen manier van het opstellen van het criterium; 3) Het opstellen van het criterium is afhankelijk van de situatie van het kind en de omgeving; 4) Ontbrekende achtergrondinformatie en verwachtingen ten aanzien van het functieniveau van het kind maken het scoren van het videomateriaal lastig; 5) Er zijn volgens de ergotherapeuten diverse manieren helpend bij het opstellen van het criterium. Bovenstaande thema’s worden door de PRPP-docenten uit het groepsinterview herkent en er worden door hen alleen aanvullingen gegeven.

Concluderend zijn de inzichten van ergotherapeuten dat zij duidelijk hebben dat het criterium het uiteindelijke doel en verwachting beschrijft van de cliënt of omgeving in een activiteit, maar dat dit niet altijd concreet genoeg is opgesteld. Hierbij wordt aangegeven dat onduidelijkheden ontstaan bij het opstellen van het criterium en bij het scoren van het PRPP-Assessment wanneer de situatie op het laatste moment verandert of achtergrondinformatie ontbreekt. Daarnaast kunnen aspecten als leeftijd en functieniveau van het kind zorgen voor onduidelijkheden bij het opstellen van het criterium. Aan de hand van deelvraag twee kan er geconcludeerd worden wat aspecten zijn die het criterium moet bevatten volgens de ergotherapeuten, zoals het doel van het kind en de omgeving, de tijdsfactor en hetgeen belangrijk is gedurende de activiteit. Daarbij is het helpend als de achterliggende hulpvraag van het kind (en omgeving) duidelijk is.

Ten eerste wordt de ergotherapeuten aanbevolen om gebruik te maken van beschikbare kennis en middelen vanuit de scholing. Hieronder vallen terugkomdagen, cursusdagen en het forum. Ten tweede wordt aanbevolen om ervaring op te doen en te oefenen met het opstellen van het criterium. Na het opstellen wordt aangeraden te reflecteren, om in het vervolg de inzichten te kunnen gebruiken als handvatten. Tot slot wordt aanbevolen om opzoek te gaan naar een vakgroep van ergotherapeuten geschoold in het PRPP-assessment om mee te sparren en onderling vragen te stellen. Voor de PRPP-docenten wordt aanbevolen om tijdens de scholing de termen ‘veilig’ en ‘zelfstandig’ te specificeren en om nadrukkelijk te benoemen dat er kennis over het PRPP-assessment te vinden is op de website en het forum. Tevens wordt aanbevolen om informatie te delen via de nieuwsbrief van PRPP.nl., waarin meer aandacht kan worden besteed aan nieuwe ontwikkelingen. Daarnaast zouden nascholingsdagen meer onder de aandacht kunnen worden gebracht.

Ten aanzien van vervolgonderzoek wordt aanbevolen om te onderzoeken of een checklist een passend hulpmiddel kan zijn om het criterium concreet op te stellen. Daarbij wordt aanbevolen om de docenten en ergotherapeuten actief te betrekken doormiddel van het uitwisselen van ideeën en oplossingen, waardoor draagvlak gecreëerd en het geïmplementeerd kan worden in de scholing.