'Directe instructiemodel laten aansluiten bij de instructiebehoeften van de leerlingen'
'Directe instructiemodel laten aansluiten bij de instructiebehoeften van de leerlingen'
Samenvatting
"Onderwijs is het overbrengen van kennis, vaardigheden en attitudes waarin vooraf vastgelegde doelen centraal staan. Daarbij houdt men rekening met een beginsituatie, volgt men een onderwijsstrategie en worden de resultaten geëvalueerd, onder meer door toetsing en zelfevaluatie.' (CBS, centraal bureau voor de Statistiek, 2010).
Het nieuwe overheidsbeleid is er op gericht dat voor elk kind de kansen op de beste ontwikkeling centraal staan. Passend onderwijs voor elk kind. "Passend onderwijs staat voor maatwerk in het onderwijs. Voor elk kind en iedere jongere onderwijs dat aansluit bij zijn of haar mogelijkheden en talenten" (Keesenberg, 2010).
Zoveel leerlingen, zoveel verschillen. Hoe kan een leerkracht in de les rekening houden met deze verschillen?
Dat is de vraag die wij als leerkrachten en onderzoekers afvragen. "Het onderwijs moet veranderen, er moet een omslag in denken gemaakt worden waarin de leerkracht haar onderwijs afstemt op de onderwijsbehoeften van leerlingen' (Gijzen,2008).
"Een onderwijsbehoefte is datgene dat een leerling nodig heeft om een bepaald doel te
bereiken. We maken onderscheid tussen instructiebehoeften en pedagogische behoeften' (Clijsen, 2007 pagina 15).
Uit onderzoeken is gebleken dat het directe instructiemodel het meest effectief is (De Boer & Brouwer, 1997; Huizinga, 1998). Het model benadrukt vooral het belang van hoe en wat onderwezen wordt en lijkt de meest logische manier om kinderen nieuwe kennis, vaardigheden of strategieën te leren. Bij het directe instructiemodel gaat het om leerkrachtgestuurd onderwijs. Daarbij komt dat vanaf 2011 de school verplicht is om het leerstofaanbod aan te passen op de onderwijsbehoeften van de individuele leerling.
Lesgeven aan leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften vraagt om veel kennis en ervaring. Leerkrachten zullen gestimuleerd moeten worden om zich verder te ontwikkelen. Dit onderzoek geeft uiteindelijk een advies hoe leerkrachten de directe instructie kunnen afstemmen op de instructiebehoeften van leerlingen.
De hoofdvraag is beantwoord door middel van verschillende data-verzamelingsmethoden.
Het onderzoek gaat over het afstemmen op directe instructiebehoeften van leerlingen aan de hand van het directe instructiemodel en is gedaan door literatuurstudie. Het uiteindelijk advies is gemaakt door middel van observaties in de praktijk. Met data-analyse is er een nulmeting van de beginsituatie van de leraren gemaakt, met behulp van de kijkwijzer. De leraren hebben zelf de kijkwijzer ingevuld en zo hun eigen handelen beoordeeld. Wij hebben deze lessen geobserveerd en de lessen ook beoordeeld met behulp van de kijkwijzer. Met de schaal van Laevers (1997) hebben we de betrokkenheid van de leerlingen tijdens de lessen gemeten. We hebben gekozen voor taallessen, uitgevoerd volgens het directe instructiemodel. De instructiebehoeften van leerlingen van groep 5 van Laurentiusschool voor SBO hebben we in kaart gebracht. We hebben hierbij een model gebruikt dat door de school ontwikkeld is. Aan de hand van deze vier metingen en de bestudeerde literatuur kwamen we tot een conclusie.
Uit de data-analyse blijkt dat je als leerkracht kunt zorgen voor aansluiting bij instructiebehoeften door de instructiebehoeften in kaart te brengen, kinderen te clusteren en tijdens de instructie combinaties te maken van de behoeften.
In ons onderzoek hebben we kinderen geactiveerd. Door ze een actieve rol te geven, raken ze meer betrokken. Dit is wat wij in onze aangepaste les hebben gedaan, daardoor is de betrokkenheid groter geworden. Door kinderen zelf verantwoordelijk te maken voor leerproces hebben ze meer inspraak waardoor plezier vergroot kan worden.
Ook is er meer tijd voor verlengde instructie (tijdens fase 4 en 5), waardoor meer instructiebehoeften vervuld kunnen worden.
Betrokkenheid is afhankelijk van kwaliteit, niet van inhoud. De kinderen zijn geconcentreerd en gedreven wanneer zij betrokken zijn. Belangrijk hiervoor is dat de opdracht aansluit bij het niveau van het kind. De aanpassingen die we gedaan hebben zijn nodig om de betrokkenheid te vergroten. De leerlingen worden aangesproken op hun niveau.Wanneer kinderen aangesproken worden op hun niveau, kan hun betrokkenheid groter worden.
Deze conclusie geeft een advies over hoe je het directe instructiemodel kunt laten aansluiten op de instructiebehoeften van leerlingen. Wij raden de leerkrachten aan om het directe instructiemodel te hanteren.
Door handelingsgericht onderzoek te doen wordt op basis van een duidelijke vraag van de leerkracht onderzoek verricht naar de onderwijsbehoeften van een kind.
Naast een omslag in attitude moet de leerkracht om de onderwijsbehoeften van kinderen te kunnen benoemen over de nodige kennis en vaardigheden beschikken.
"Teachers do make a difference!".
Organisatie | Fontys |
Opleiding | Master Special Educational Needs |
Afdeling | Fontys Opleidingscentrum Speciale Onderwijszorg |
Datum | 2010-06-04 |
Type | Master |
Taal | Nederlands |