Samenvatting

Op school X werd in de klassen door de groepsleerkrachten veelal naar eigen inzicht gedifferentieerd. Met name de differentiatie naar de bovenkant was erg leerkrachtafhankelijk. De ene leerkracht bood namelijk wel pluswerk, terwijl de andere leerkracht liever alle tijd stak in de ondersteuning van de zwakkere leerlingen. Een schoolbrede visie omtrent onderwijs aan begaafde en getalenteerde leerlingen ontbrak hierbij. In dit praktijkgericht onderzoek is de volgende onderzoeksvraag leidend: “Hoe kan het ontwikkelen van een gezamenlijke visie op onderwijs aan begaafde en getalenteerde leerlingen bijdragen aan het ontwerpen van onderwijs door leerkrachten?” Het doel van het onderzoek is dat er meer gedifferentieerd wordt in de klas, zodat ons onderwijs beter aansluit bij de capaciteiten van begaafde en getalenteerde leerlingen. Met behulp van een enquête en groepsgesprekken is in eerste instantie een gezamenlijke visie geformuleerd. Vervolgens is, middels een vragenlijst en enkele interviews, gepeild welke verandering de visie teweegbrengt in de mindset van mijn collega’s ten opzichte van de differentiatie in het onderwijs. Hieruit kwam onder andere naar voren dat de visie structuur biedt. Bovendien schept het duidelijkheid omtrent welke leerlingen in aanmerking komen voor extra uitdaging. Hierbij kijken leerkrachten meer vakspecifiek naar de capaciteiten van een leerling. De visie helpt keuzes maken in het differentiëren en motiveert leerkrachten om het geschetste toekomstbeeld in hun klas te realiseren. Zo vertelde een leerkracht dat ze nu kortere instructies geeft aan de begaafde en getalenteerde leerlingen en deze leerlingen sneller aan de slag laat gaan. Leerkrachten weten nu beter wat onder wiens verantwoordelijkheid valt en stellen dat er dankzij de visie meer eenheid op het gebied van differentiatie is binnen de school.