Samenvatting

Aan het begin van dit schooljaar is voor mijn team (leerlingen met ernstige meervoudige beperkingen) de nieuwe leerlijn rekenen ontwikkeld en ingevoerd. De leerlijn basisvorming rekenen bestaat uit twee onderdelen die voor mijn team van belang zijn nl; De leerlijn - sorteren/classificeren, seriëren en ordeningsbegrippen en de leerlijn- vergelijken/tellen/getalbegrip. Vanuit deze leerlijn maak ik een groepsplan met doelen erin. Mijn lessen maak ik op basis van mijn ervaring, het internet door zoeken, verschillende methodes die op school aanwezig zijn en van ideeën van collega's. Hier zit dus weinig structuur in en het kost me heel veel tijd om iedere keer weer lessen te maken/ontwerpen die bij de doelen aansluiten. Een aantal jaren geleden is er een format voor activiteitenkaarten ontwikkeld binnen het team waar ik nu werkzaam ben. In dit format kun je lessen beschrijven die je gegeven hebt aan je leerlingen en met welke doelstelling. Het doel was om zo data op te bouwen met verschillende lessen. Dit is helaas nooit echt van de grond gekomen. Er zit geen structuur in de kaarten, de lesjes die er beschreven staan zijn niet beschreven vanuit de doelen waar we nu mee werken, maar grotendeels vanuit de lesjes op zich. Ook zijn er te weinig kaarten om echt een goede basis te hebben voor het rekenonderwijs dat ik geef. Op school werken we vanuit de methode rekenboog. De kerngedachte vanuit rekenboog is dat reken/wiskunde onderwijs zinvol en betekenisvol moet en kan zijn voor de zml leerling. Deze visie zal ook zeker terug moeten komen in de activiteitenkaarten. Dat is op dit moment nog niet van toepassing. Dit onderzoek gaat over het betekenisvol en zinvol rekenen binnen het zml onderwijs en hoe ik dat met mijn team vorm kan gaan geven door middel van de activiteitenkaarten. De strategie die ik gebruik in mijn onderzoek is praktijkgericht en kwalitatief. (Harinck (2010). Ik ben gericht op een onderzoek waarmee ik binnen de praktijk verandering wil aanbrengen. Ik richt me hierbij op veranderingen binnen mijn team. Het verbeteren van de activiteitenkaarten en het planmatig in gaan zetten van deze kaarten. Doordat ik uiteindelijk wil komen tot een verbetering van de activiteitenkaarten op het gebied van rekenen, is dit onderzoek een ontwerponderzoek geworden. Een ontwerponderzoek is pragmatisch van aard en dient een bruikbaar product op te leveren dat beter is dan het voorgaande product.(De Lange, Schuman & Montessano Montessori, 2011). Het ontwerponderzoek bestaat uit 3 fases; Vooronderzoek (enquête), ontwerpfase (activiteitenkaarten verbeteren en plan opzetten voor het planmatig handelen) en een evaluatiefase. Doormiddel van een enquête en een groepsinterview ben ik samen met mijn team gekomen tot een verandering en verbetering van de activiteitenkaarten en hebben we een plan opgezet om de activiteitenkaarten planmatig in te zetten. Doordat mijn teamleden hebben meegedacht (eigenaarschap) wordt er een stevige basis aan activiteitenkaarten gecreëerd op het gebied van betekenis- en zinvol rekenen, om in de toekomst ons rekenonderwijs makkelijker vorm te geven