Beslis jij of beslis ik?: een kwalitatief onderzoek naar de grenzen en mogelijkheden van het bevorderen van autonomie, in de zorg voor doofblinde, verstandelijk beperkten
Beslis jij of beslis ik?: een kwalitatief onderzoek naar de grenzen en mogelijkheden van het bevorderen van autonomie, in de zorg voor doofblinde, verstandelijk beperkten
Samenvatting
Deze afstudeerscriptie is geschreven in opdracht van Fontys Hogescholen voor Pedagogiek, voor woongroep Q2 van het Orthopedagogisch Centrum van Viataal. Viataal is een instelling die zorg en onderwijs biedt aan mensen met een beperking in horen, zien en communicatie. Het Orthopedagogisch Centrum van Viataal is een woonvoorziening die ondersteuning biedt op het gebied van zorg en wonen aan kinderen en jongeren in de leeftijd van één tot twintig jaar.
In dit kwalitatieve onderzoek wordt antwoord gegeven op de volgende onderzoeksvraag:
In hoeverre is de mensvisie van Viataal en daarbij de aspecten die betrekking hebben op autonomie, ten aanzien van de doofblinde, verstandelijk beperkte cliënten, terug te vinden in de praktijk van woongroep Q2?
Deze hoofdvraag is van belang omdat mensen met een verstandelijke beperking en doofblindheid minder goed kunnen aangeven hoe zij hun eigen leven richting willen geven.
Naarmate mensen minder zichtbaar hun eigen opvattingen naar voren brengen, is men geneigd om de eigen opvattingen de overhand te laten hebben. Doofblinde, verstandelijk beperkte cliënten zijn altijd afhankelijk van hun begeleiders. Ieder mens heeft een eigen identiteit die tot uitdrukking dient te komen en heeft recht op een zo zelfstandig en gewoon mogelijk leven. Daarom moet er door begeleiders bewust omgegaan worden met de autonomie van iedere doofblinde cliënt. De doelstelling die aan dit onderzoek is verbonden is dan ook het bereiken van bewustwording van medewerkers over het belang van autonomie en het komen tot aanbevelingen en adviezen voor in de praktijk.
Om antwoord te kunnen geven op de onderzoeksvraag is er eerst een literatuuronderzoek uitgevoerd en daarna een praktijkonderzoek.
In het literatuuronderzoek is aandacht besteed aan Viataal, het Orthopedagogisch Centrum van Viataal en de mensvisie. Dit is het uitgangspunt van het onderzoek. Om meer inzicht te verkrijgen in het belang van een visie voor een organisatie en het belang van de ontwikkeling en implementatie van een visie, is hier een hoofdstuk aan geweid om de onderzoeksvraag beter te kunnen beantwoorden. Literatuur over de autonomie van doofblinde, verstandelijk beperkte mensen was beperkt aanwezig. Daarom is er in één hoofdstuk diepgang gezocht in de specifieke doelgroep en de specifieke begeleidingsvorm die daarmee gepaard gaat en in het hoofdstuk daarna wordt ingegaan op de autonomie van verstandelijk beperkte mensen. In dit hoofdstuk wordt het belang van autonomie en het belang van de houding van een professional beschreven. Er is een verbinding gelegd tussen de belangrijke punten die uit de theorie naar voren komen en de waarden voor het handelen uit de mensvisie van Viataal.
Met behulp van het literatuuronderzoek is een open, redelijk gestructureerd interview opgesteld voor het praktijkonderzoek. Het interview is afgenomen bij zeven respondenten die ervaring hebben in het werken met de doofblinde, verstandelijk beperkte cliënten van woongroep Q2. De meningen en ideeën over het onderwerp zijn geïnventariseerd en ondergebracht in de van tevoren bepaalde categorieën, waarna door beperkt open coderen nog een aantal codes zijn toegevoegd. Op die manier is tot de resultaten gekomen, waaruit conclusies zijn geschreven.
Door de resultaten uit het literatuur- en praktijkonderzoek samen te voegen en te vergelijken zijn er een aantal belangrijke conclusies en aanbevelingen naar voren gekomen. In de conclusies en aanbevelingen wordt antwoord gegeven op de onderzoeksvraag. Aan bod komt in hoeverre de mensvisie is geïmplementeerd en in hoeverre de mensvisie dan ook wordt meegenomen in het handelen van woongroep Q2, op het moment dat het praktijkonderzoek plaatsvond. Ook komt aan bod op welke manier er rekening gehouden wordt met de autonomie van de doofblinde cliënten in de praktijk van woongroep Q2 en hoe dit te voor verbetering vatbaar is. Er zijn conclusies en aanbevelingen geschreven met betrekking tot het belang van twee onderwerpen die in literatuur en praktijk naar voren zijn gekomen: de kritische zelfreflectie van de medewerkers en de kennis van het levensverhaal van de cliënten. Als laatste wordt een aanbeveling beschreven over de betekenis van de bevindingen uit dit onderzoek en het nut daarvan voor het hele Orthopedagogisch Centrum van Viataal.
Organisatie | Fontys |
Afdeling | Fontys Pedagogiek |
Jaar | 2008 |
Type | Bachelor |
Taal | Nederlands |