Samenvatting

De vorming van een kindcentrum is een uitdaging die steeds meer schoolbesturen en kinderopvangaanbieders, al dan niet in opdracht van de gemeente, samen aangaan in Nederland. Het gaat om integrale voorzieningen waar opvang, onderwijs en eventueel zorg intensief samenwerken vanuit één visie en met één team. Ook ontwikkelingsgerichte school A en kinderopvang B staan voor de kans om gezamenlijk het traject tot kindcentrum C vorm te geven in een dorp in de Randstad. Het traject is een veelzijdig proces en vergt een goede samenwerking tussen verschillende beroepsgroepen. Dit onderzoek richt zich op een gedeelte van het traject tot kindcentrum C, namelijk de doorgaande ontwikkelingslijn voor jonge kinderen van nul tot zes jaar. In het onderwijs volgen vernieuwingen elkaar snel op, zonder dat er een gewenst resultaat ontstaat (Stevens 2004 in Korthagen & Vasalos, 2007). Daarnaast zijn school en kinderopvang nu twee verschillende takken en zit er in de ontwikkeling van jonge kinderen een knip wanneer zij met vier jaar van de kinderopvang naar de basisschool gaan. In Finland en België heb ik ervaren dat dit anders kan. Persoonlijk zie ik de meerwaarde van een doorgaande ontwikkelingslijn voor jonge kinderen en boor daarom de kwaliteit van binnenuit aan en laat het van daaruit opbloeien. De onderzoeksvraag luidt: Hoe kan ik vanuit ‘multi-level learning’ (Korthagen & Vasalos, 2007), de ‘self-determination theory’ (Ryan & Deci, 2000) en positieve psychologie (Seligman & Csikszentmihalyi, 2000) de ‘golden circle’ (Sinek, 2011) inzetten om met kinderen, leerkrachten en pedagogisch medewerkers te komen tot een doorgaande ontwikkelingslijn voor het jonge kind binnen toekomstig kindcentrum C? We doen dit voor de kinderen, zij zijn de ‘why’ uit onze ‘golden circle’ (Sinek, 2011). Vanuit observaties op school A en kinderopvang B en meningen van jonge kinderen is de ‘Belevingswereld jonge kind’ letterlijk in kaart gebracht (bijlage 16). ‘How’ wordt gevormd door de gezamenlijke visie op het jonge kind die vanuit een focusgroep is geformuleerd. De focusgroep heeft daarnaast ‘what’ ingevuld door een gezamenlijk ontwikkelingsgericht aanbod te ontwerpen. De gezamenlijke visie en ontwikkelingsgerichte aanbod zijn gepresenteerd aan leerkrachten van school A en pedagogisch medewerkers van kinderopvang B. De inzet van bovenstaande theorieën uit de onderzoeksvraag hebben er toe bijgedragen dat medewerkers van school A en kinderopvang B zich kunnen vinden in de gepresenteerde visie op het jonge kind en enthousiast worden van het ontworpen ontwikkelingsgerichte aanbod. Daarnaast blijkt, na analyse van de onderzoeksuitkomsten, dat de meningen en overtuigingen van leerkrachten van school A en pedagogisch medewerkers van kinderopvang B nagenoeg overeenkomen. Dit is een mooie basis voor het opbouwen van de doorgaande ontwikkelingslijn voor jonge kinderen binnen kindcentrum C. Vanuit een gezamenlijke visie op het jonge kind en een gezamenlijk ontwikkelingsgericht aanbod is het uitgangspunt van pedagogisch medewerkers en leerkrachten met ouders binnen toekomstig kindcentrum C: ‘Samen één om het kind heen’