Het effect van verschillende trainingsvormen voor 100 meter sprinters op het percentage type II spiervezels
Het effect van verschillende trainingsvormen voor 100 meter sprinters op het percentage type II spiervezels
Samenvatting
Inleiding: Tegenwoordig wordt er gestreefd naar fysiotherapeutische behandeltechnieken met wetenschappelijk bewijs. Er is nog weinig bekend over welke fysiotherapeutische oefeningen door een 100 meter sprinter het beste uitgevoerd kunnen worden om sporthervatting soepel te laten verlopen. Een van de trainingsdoelen van 100 meter sprinters is een hoog percentage type II spiervezels. Het doel van dit literatuuronderzoek is inzicht te krijgen in de trainingsvormen voor 100 meter sprinters waarbij het percentage type II spiervezels het meest toeneemt.
Methode: Hiervoor werd in de databanken PubMed, Sportdiscus en PEDro met de volgende zoekstrategie gezocht: ((type II) OR (type 2) OR (fast twitch)) AND (fiber OR fibre) AND training AND (vastus lateralis) NOT (chronic OR diabetes). De zoekcriteria zijn Engelse randomized controlled trial, controlled clinical trial of clinical trial met gezonde deelnemers tussen 18-50 jaar, met een interventie van minimaal vier weken tot maximaal zes maanden, uitkomstwaardes in cijfers gekregen door biopsie van de m. vastus lateralis.
Resultaten: De trainingsinterventies van de 14 geïncludeerde studies zijn geordend naar drie loop / fiets sprinttrainingen en 11 krachttrainingen. De methodologische kwaliteit varieerde van slecht tot redelijk en goed. Eén loop sprinttraining en drie krachttrainingen tonen een toename van het percentage type II spiervezels. Twee loop / fiets sprinttrainingen en vijf krachttrainingen tonen een afname van het percentage type II spiervezels. Twee krachttrainingen laten wisselende resultaten tussen mannen en vrouwen zien. Eén krachttraining laat geen verandering van het percentage type II spiervezels zien.
Conclusie: Met dit literatuuronderzoek is aangetoond dat trainingen met een trainingsintensiteit tussen 60 en 90 procent van de maximale trainingsintensiteit geen grote toename in het percentage type II spiervezels veroorzaken. Er is meer wetenschappelijk onderzoek nodig naar toename van het percentage type II spiervezels door trainingsinterventies met een trainingsintensiteit tussen 90 en 100 procent.
Organisatie | Fontys |
Opleiding | Fysiotherapie |
Afdeling | Fontys Paramedisch |
Jaar | 2015 |
Type | Bachelor |
Taal | Nederlands |