Kinderen met adhd en hun taakgericht gedrag
Kinderen met adhd en hun taakgericht gedrag
Samenvatting
Dit onderzoek richt zich op het verbeteren van het taakgerichte gedrag van een kind met Attention Deficit Hyperactivity Disorder, afgekort ADHD. Tijdens mijn stage in groep 5 op speciaal basisonderwijs de Windroos in Nijmegen merkte ik in het begin van mijn stageperiode kind X op. Kind X is tijdens het maken van zijn taak erg afgeleid, kan zich moeilijk concentreren en heeft zijn taak vaak niet af. Ik heb op positieve en negatieve manieren geprobeerd zijn taakgerichtheid te verbeteren, maar zonder resultaat. Ik heb mij daarom de volgende onderzoeksvraag gesteld: "Hoe kan ik een kind met ADHD begeleiden om zijn taakgericht gedrag te verbeteren tijdens het zelfstandig werken?" Ik vind het belangrijk dat kinderen zich optimaal kunnen ontwikkelen en ontplooien. Ik vind dat ik ze als leerkracht daarbij moet helpen. Kind X kon zich niet optimaal ontwikkelen, omdat hij problemen had met het werken aan zijn taak. Doordat X nooit zijn taak af had, kwam hij niet tot leren en ging zijn ontwikkeling niet optimaal vooruit. Ik wilde door dit onderzoek te weten komen hoe ik kind X het beste kon begeleiden om zo zijn taakgericht gedrag te verbeteren, zodat hij zich wel optimaal kan ontwikkelen.
Ik heb onderzocht wat er in de literatuur verstaan wordt onder taakgericht gedrag bij ADHD en welke begeleidingsmogelijkheden ik toe kan passen. Hierdoor kreeg ik een beeld van de problematiek van kind X en de mogelijkheden om hem te begeleiden. Om te kijken welke begeleiding X nodig heeft en of deze begeleiding een positief effect heeft, heb ik vooraf verschillende tijdsteekproeven gedaan en gesprekken met X gevoerd. Uit de tijdsteekproeven kwam naar voren dat X gemiddeld 66% taakgericht- en 34 % niet taakgericht gedrag liet zien. X is snel afgeleid en kan zich moeilijk concentreren. Als hij niet weet wat zijn taak is kan hij niet beginnen met zijn opdrachten. Ook uit gesprekken blijkt dat hij veel moeite heeft om zich te concentreren. X geeft aan afgeleid te worden door de kinderen om zich heen en meer hulp van de leerkracht nodig te hebben om de opdrachten te kunnen uitvoeren. Aan de hand van deze gegevens heb ik mijn begeleiding opgesteld. Ik heb gekeken welke begeleidingsmogelijkheden het beste aansloten bij de onderwijsbehoeften van X, zodat ik zijn taakgericht gedrag kon verbeteren. Ik heb tijdens mijn begeleiding de self-monitoringtechniek van Van Lieshout (2009) en onderdelen van de intensieve concentratietraining van Bruys (2007) gebruikt.
Om te kijken of deze begeleiding een positief effect had op zijn taakgericht gedrag, heb ik aan het einde van het onderzoek nogmaals gesprekken met X gevoerd en tijdsteekproeven gedaan. Hieruit kwam naar voren dat X gemiddeld 20% meer taakgericht gedrag liet zien. Door dit onderzoek is niet alleen het gedrag van X verbeterd, maar ben ik wijzer geworden. Ik heb nu meer kennis over ADHD en welke begeleidingsmogelijkheden er zijn, waardoor ik met meer zekerheid en rust voor de klas sta. Ik weet nu hoe ik in het vervolg kinderen moet begeleiden met ADHD en werkhoudingproblemen. Ik heb gezien dat mijn begeleiding effectief is en ik als leerkracht het verschil kan maken in de ontwikkeling van een kind.
Organisatie | Fontys |
Afdeling | Fontys Opleidingscentrum Speciale Onderwijszorg |
Jaar | 2010 |
Type | Master |
Taal | Nederlands |