(Religieuze) levensbeschouwing in de GGZ
(Religieuze) levensbeschouwing in de GGZ
Samenvatting
Volgens psychiater en bijzonder hoogleraar levensbeschouwing en geestelijke volksgezondheid Arjan Braam (2013) zouden hulpverleners in de GGZ over het algemeen weinig praten over de levensbeschouwing van de cliënten, terwijl het thema een positieve bijdrage kan leveren aan de behandeling en de vertrouwensrelatie tussen hulpverlener en cliënt. Daarnaast zou gerichte aandacht naar spirituele zorg erg belangrijk zijn en leiden tot zichtbare gezondheidsveranderingen van de cliënt (Leeuwen, 2009).
Er is onderzoek gedaan binnen een ambulante/poliklinische verslavingskliniek waarbij gespecialiseerde zorg aangeboden wordt en gebruik wordt gemaakt van een multidisciplinair team. Binnen de organisatie X is het onduidelijk in hoeverre de professionals aansluiten bij de (religieuze) levensbeschouwing van de cliënt en of zij voldoende kennis en inzicht daarover beschikken. Dit onderzoek heeft als doel antwoord te geven op de vraag op welke wijze dit thema door de hulpverleners bespreekbaar wordt gemaakt in de behandeling met de cliënt.
Zo is er een verkennend onderzoek verricht waarbij vooral de bespreekbaarheid centraal stond. Uit de data-analyse komt naar voren dat het onderwerp onbewust in brede zin als rode draad in de therapie wordt ervaren en men veelal gericht is hoe de cliënt in het leven staat, waar hij kracht uit haalt en hoe deze bevorderd kunnen worden. Echter is naar voren gekomen dat wanneer het specifiek over religie, geloof of spiritualiteit gaat en een onderbelicht, onduidelijk en ingewikkeld thema wordt. Terwijl de meerderheid het als een belangrijk thema ervaart is er veel onduidelijkheid over hoe dit geïnternaliseerd kan worden in de behandeling. Daarnaast is het voor velen onduidelijk in hoeverre het relevant en effectief kan zijn voor de behandeling doordat er wetenschappelijke onderbouwing zou missen.
Zo speelt angst ook een grote rol in het niet bespreekbaar maken of het niet verder uitdiepen van het onderwerp. Men vind het belangrijk dat er op vraag en behoefte van de cliënt gehandeld wordt. Extreme gelovigheid of een overheersende overtuiging kan hierbij een belemmering vormen doordat er wel een bepaalde gedragsverandering moet ontstaan en dit daar niet bij zou helpen. Verder is het volgens sommige beter om het onderwerp meer richting het einde van de behandeling bespreekbaar te maken, doordat er eerst stabiliteit en ruimte gecreëerd moet worden.
De onderzoeker heeft de respondenten ook bevraagd op wat zij nodig zouden hebben om dit onderwerp meer te internaliseren. Zo zijn er praktische aanbevelingen gemaakt om meer bewustheid te creëren en de relevantie te vergroten waardoor de professionals mogelijk meer gemotiveerd raken om het daadwerkelijk toe te passen in de behandeling. Daarnaast is er vanuit de respondenten ook gewenst om een vervolgonderzoek te doen waarin de beleving en behoeften van de cliënten onderzocht wordt.
Organisatie | Fontys |
Opleiding | Sociale Studies |
Afdeling | Fontys Sociale Studies |
Datum | 2017-08-18 |
Type | Bachelor |
Taal | Nederlands |