Eigen regie
eigen regiestimulering van de cliënt middels het gebruik van effectieve gespreksvaardigheden van groepsleidersEigen regie
eigen regiestimulering van de cliënt middels het gebruik van effectieve gespreksvaardigheden van groepsleidersSamenvatting
Het onderwerp dat centraal staat tijdens deze scriptie is effectieve gespreksvaardigheden van groepsleiders voor eigen regiestimulering van de (jong)volwassene met een verstandelijke beperking. In de literatuur wordt eigen regie over het leven onder andere geassocieerd met de woorden autonomie, zelfbepaling, zeggenschap en keuzevrijheid. Het lijkt paradoxaal om te spreken van eigen regie over het leven bij mensen met een verstandelijke beperking, immers doordat zij in een bepaalde mate afhankelijk zijn van andere mensen (PRVMZ, 2008). Echter, eigen regie van personen met een verstandelijke beperking is een centrale waarde in de zorg en ondersteuning zoals we die hedendaags kennen in onze samenleving (Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland, 2013). Gedurende mijn stageperiode bleek dat groepsleiders tegen vragen aanliepen bij het in gesprek treden met cliënten over eigen regie voeren. Zo wisten zij niet goed hoe ze in gesprek konden treden met de cliënt, zonder hierbij de cliënt een bepaalde richting in te sturen en/of voor diegene in te vullen. Doordat ze niet wisten welke gesprekstechnieken het meest effectief in werking zijn voor het stimuleren van de eigen regie van de cliënt, bestond er ook geen eenduidigheid in het handelen.
Om adviezen te kunnen bieden voor groepsleiders betreft effectieve gespreksvaardigheden aangaande de eigen regiestimulering van de cliënt, is er een kwalitatief interpretatief onderzoek verricht onder de groepsleiders van het woonbegeleidingscentrum Coenraad Abelsstraat van Stichting PSW. Hierbij is vooral de focus gelegd op de belevingen en ervaringen van groepsleiders omtrent het in gesprek treden met de cliënt aangaande eigen regie over het leven voeren. Middels de inzet van halfgestructureerde interviews is onder andere aan de groepsleiders gevraagd wat zij onder het begrip eigen regie verstaan, welke gespreksvaardigheden zij in zetten wanneer zij in gesprek gaan met de cliënt over eigen regie voeren en welke behoefte zij hebben aan kennis en/of (gespreks-)vaardigheden omtrent het in gesprek treden met de cliënt over eigen regie voeren. Daarnaast is de kennis van groepsleiders getest betreft theoretische modellen voor eigen regiestimulering. Er komt uit de resultaten naar voren dat groepsleiders vanuit de organisatie goed geïnformeerd zijn over het begrip ‘eigen regie voeren’ voor de cliënt met een verstandelijke beperking. Alle groepsleiders weten wat het begrip eigen regie inhoudt, het belang ervan voor de cliënt en op welke manieren hier invulling aan kan worden gegeven. Begrippen als zelfbepaling, zelf richting geven en keuzevrijheid worden hierbij door groepsleiders benoemd.
Betreft gespreksvaardigheden zet het merendeel van de groepsleiders geen specifieke modellen in die dienen voor de eigen regiestimulering van de cliënt. Zij zetten echter basisvaardigheden in die bekend zijn uit de theorie van de gespreksvoering (Van der Molen, Hommes & Kluijtmans 2011). De kennis van de groepsleiders omtrent specifieke modellen voor eigen regiestimulering is ook niet optimaal gebleken. Groepsleiders maken naast deze vaardigheden ook gebruik van visuele ondersteuningsmiddelen die afgestemd zijn op de cliënt, diens niveau en diens beperking. Het gebruik maken van visuele ondersteuningsmiddelen in het gesprek is van belang bij personen met een verstandelijke beperking (Roeden & Bannink, 2012). Middels de inzet van deze middelen pakken de groepsleiders het op een onderbouwde wijze aan.
Organisatie | Fontys |
Opleiding | Pedagogiek |
Afdeling | Fontys Pedagogiek |
Partner | Stichting Pedagogisch Sociaal Werk |
Datum | 2017-05 |
Type | Bachelor |
Taal | Nederlands |