De grootste kennisbank van het HBO

Inspiratie op jouw vakgebied

Vrij toegankelijk

Terug naar zoekresultatenDeel deze publicatie

¿To ZIP or not to ZIP? revalideren met een ZIP interim-prothese

¿To ZIP or not to ZIP? revalideren met een ZIP interim-prothese

Samenvatting

Samenvatting
Deze scriptie is bedoeld als afstudeerproject voor het behalen van het diploma orthopedisch technoloog aan de Fontys Hogeschool te Eindhoven.
Het onderwerp voor deze scriptie is een nieuwe techniek om mensen te prothetiseren die recent een amputatie van het onderbeen hebben ondergaan. De Zwolse Isala Prothese (ZIP) levert via een overdruk techniek in korte tijd een individuele maatwerk prothesekoker. Het poliklinisch revalidatietraject (PRB) van mensen die met de ZIP revalideren wordt vergeleken met het PRB traject van mensen die via een "conventionele" techniek een prothese hebben gekregen. Als blijkt dat patiënten met de ZIP sneller revalideren is dat niet alleen een voordeel voor de patiënt maar ook voor de revalidatieafdeling waar deze patiënten behandeld worden.
Uit de gevonden literatuur mag worden afgeleid dat er gegronde redenen zijn om patiënten na een onderbeenamputatie zo snel mogelijk weer op de been te hebben. De meerderheid van de patiënten is ouder dan 65 jaar en heeft een vorm van vaatlijden, al dan niet gecombineerd met diabetes mellitus. Dit maakt hen extra gevoelig voor de gevolgen van een lange immobiele periode, bijvoorbeeld door bedrust. Niet in de laatste plaats moet de kans op overleven genoemd worden. Een groot deel van de patiënten overlijdt al binnen de eerste twee jaar na de amputatie.
Voor dit project is een cohort onderzoek uitgevoerd in het Ziekenhuis Rivierenland in Tiel (ZRT) in de periode 1998-2008. Alle patiëntgegevens van patiënten met een amputatie aan de onderste extremiteit die in het ZRT zijn behandeld door de revalidatiearts zijn uit het archief opgevraagd en geanonimiseerd. Alleen patiënten die een unilaterale transtibiale amputatie hebben ondergaan en daarna van een eerste prothese zijn voorzien, zijn geïncludeerd voor dit onderzoek.
Patiënten die hun eerste voorziening gekregen hebben via de ZIP techniek vormen de onderzoeksgroep, de patiënten die hun prothese kregen via de "conventionele" techniek vormen de controlegroep. Uiteindelijk zijn er 19 patiënten geïncludeerd voor dit onderzoek. 12 patiënten zijn voorzien via de "conventionele" aanmeettechniek, 7 patiënten zijn voorzien via de ZIP techniek.
In de praktijk is de ZIP techniek gemiddeld 24 dagen sneller. Een groot deel van deze winst wordt gehaald bij het moment van aanmeten, dat gemiddeld drie weken eerder is dan bij een prothese aangemeten via de "conventionele" techniek.
Statistisch gezien is er, mede door de kleine onderzoeksgroep, geen significant verschil tussen het PRB traject van de patiënten die revalideren met de ZIP-prothese en het PRB traject van patiënten uit de controlegroep. Er lijkt sprake te zijn van een trend.
De aanbeveling bij dit project is om meer onderzoek te doen met een grotere patiëntenpopulatie. De gegevens moeten volgens een nauwkeurig onderzoekspatroon vastgelegd worden. Naast de gegevens die nu verzameld zijn moeten er meer gegevens komen om het onderzoeksresultaat te verfijnen. Het aantal kokers dat wegens atrofie van de stomp aangemeten wordt moet, samen met de aanmeetdata, in een volgend onderzoek meegenomen worden. Om patiëntgebonden eigenschappen zoveel mogelijk te kunnen elimineren zou men het doel van de revalidatie per patiënt moeten vastleggen. Er kan bijvoorbeeld gebruik gemaakt worden van de K-levels (K1 - K4). Op die manier ontstaan dan min of meer gelijk gestemde patiëntgroepen waarvan de gegevens beter met elkaar te vergelijken zijn.
Betere coördinatie van afspraken rond het aanmeten van de eerste prothese voorziening kan de ZIP techniek sneller maken.

Toon meer
OrganisatieFontys
OpleidingOrthopedische Technologie
AfdelingFontys Paramedisch
PartnerZiekenhuis Rivierenland, Tiel ( ZRT)
Jaar2009
TypeBachelor
TaalNederlands

Op de HBO Kennisbank vind je publicaties van 26 hogescholen

De grootste kennisbank van het HBO

Inspiratie op jouw vakgebied

Vrij toegankelijk