Samenvatting

In Nederland is 3,1 miljoen ton pluimveevoer nodig. Pluimveevoer bestaat uit verschillende grondstoffen. Sojaraapschroot is de belangrijkste eiwitgrondstof in pluimveevoer. Dit komt met name door het aminozurenprofiel en het hoge eiwitgehalte. Bij sojaraapschroot laat de verwerkbaarheid, de houdbaarheid en geen verontreiniging het toe om het product te gebruiken voor pluimveevoer. Nederland importeert 4,1 miljoen ton aan soja per jaar uit verschillende landen waarvan 80% uit de Verenigde Staten en Brazilië. Het gebruik van soja staat in Nederland onder druk vanwege milieudruk en de daaruit voortvloeiende eiwittransitie. Het is de bedoeling dat de eiwitproductie ten behoeve van pluimveevoer vanuit de Europese unie moet komen en het liefst uit Nederland zelf. Deze eiwittransitie is de reden voor het zoeken naar alternatieven van sojaproducten in pluimveevoer. De ontwikkelingen binnen de eiwittransitie is op verschillende gebieden al begonnen. Zo verbouwen akkerbouwers eiwitgewassen en produceert de fabriek Grassa geconcentreerd eiwit gewonnen uit gras. Ondanks dat soja vanuit de andere kant van de wereld komt is de footprint laag. Een alternatief dient te voldoen aan beschikbaarheid, verontreiniging, verwerkbaarheid, houdbaarheid, kosten, foodprint en nutritionele aspecten. In dit onderzoek is gezocht naar een vergelijkbaar alternatief die aan deze criteria voldoet. Uit de literatuurstudie blijkt dat er in Nederland zelf soja wordt verbouwd op kleine schaal maar dat dit niet rendeert ten opzichte van andere akkerbouwgewassen. Alternatieven volgens de literatuur zijn insecten, lupine, veldbonen en graseiwit. Het onderzoek wat na de literatuurstudie is gedaan bestaat uit drie interviews met nutritionisten die legmeel samenstellen. Uit dit onderzoek is gebleken dat de alternatieven van sojaproducten in pluimveevoer gezocht dienen te worden in verwerkt dierlijk eiwit, zonnebloempittenschroot, raapzaadschroot, veldbonen, lupine en insecten. Geen van deze producten is echter één op één in te wisselen met de sojaproducten die in pluimveevoer zitten. Het belangrijkste is dat er niet op één alternatief wordt ingezet maar op een combinatie van deze alternatieven.