Samenvatting

Het zelf geteelde ruwvoer speelt een steeds belangrijkere rol op een melkveebedrijf. Het ruwvoer bestaat in veel gebieden uit voornamelijk kuilgras. Een goede benutting van het kuilgras is interessant voor een bedrijf: het kan krachtvoer besparen en het kan bijdragen aan het doel van 65% eiwit van eigen land. Verschillende factoren hebben invloed op de voerefficiëntie; er is nog geen kengetal dat de benutting van het kuilgras laat zien. Dit kengetal is in dit afstudeerwerkstuk samengesteld als de grasefficiëntie. Onderzocht wordt of de grasefficiëntie beïnvloed kan worden om op de pilotbedrijven het kuilgras in het winterrantsoen beter te benutten. Aspecten hierbij zijn of de melkproductie, de VEM in het gras, de droge stof opname uit gras en de broei in de graskuil een verband hebben met de grasefficiëntie. Er zijn hiervoor dertien pilotbedrijven uit de gemeente Midden-Delfland geselecteerd.